dag 23: van Val de Ourthe naar Esneux
Door: Helma
Blijf op de hoogte en volg helma
07 Mei 2014 | België, Esneux
Woensdag 7 mei. Al voor 6 uur wakker en smeer mijn scheenbeen maar even in. Het voelt niet beter dan gisteren. Heb op de gebruiksaanwijzing gelezen dat je een 5cm dikke laag moet smeren. Dan is de tube bij 1 smeren al leeg. Ik val weer lekker in slaap. Tegen 8 uur maar op. Ik heb de tijd, ga niet veel lopen. Om 10 over half 10 de deur uit. Het is droog en ergens schijnt een mager zonnetje, ik kan hem niet zien. Meteen alweer langs de drukke weg zonder stoep en ik vind het verre van prettig. Ik ben ook gek dat ik hier ga lopen. Dan is er ineens de optie om de Ourthe over te steken. Het is wel een wat langere weg maar wrs wel een stuk veiliger. En dat u het ook en ook nog een stuk veiliger. Prachtig langs de Ourthe. Grote ganzen staan dreigend op als ik in de buurt kom maar het is allemaal bluf. Ganzebluf. En dan gaat het toch regenen. Ik schuil onder een afhangende boom vlakbij het station van Tilff. Spoorwegwerkers doden hun tijd Door tegen een hek te leunen, de treinen toeteren luid als waarschuwing dat ze er aankomen. Ik wacht een kwartier en doe de regenhoes maar vast om de rugzak. Nog een klein stukje en dan steek ik de Ourthe over en volgens mij kom ik dan door het plaatsje Tilff. De brug is wrs in onderhoud en de loopbrug voor voetgangers is weinig stevig. Een vaag hekje moet voorkomen dat je in de Ourthe van valt. Gisteren hadden ik een joekel van een spoorbrug over de Maas in Luik. Daar lagen alle planken los van. Dat verwacht je niet van een grote spoorbrug. Maar in België kan dat. Over de brug, richting het kerkje. Dat ligt aan een prachtig pleintje waarvan ik me voor jan stellen dat het in de zo'n een heerlijk plein is met rondom terrassen. Mannen komen er hun krantje lezen en een blond ding onderhoudt er haar sociale vintage op luide toon via de telefoon. Ze geeft een flinke vloekpartij ten gehore als ze plots geen verbinding meer geeft. Het is kwart over 11 en ze gaat al aan een glas donker bier. Ik moet er niet aan denken. De rust keert weer als ze 2 glazen in rap tempo heeft weggewerkt en opstapt. Jeetje wat een rust. Een man met krant schudt zijn hoofd afkeurend terwijl hij de vrouw na kijkt. De café latte smaakt verrukkelijk. De lucht betrekt alweer dus ik bestel er nog naar 1. Als de klok van het mooie kerkje (van de buitenkant) 12.00 uur luidt, stap ik op. Maar vlak daarna betrekt de lucht alweer en schuil ik even onder een bladerboom. Bij een pharmacie leg ik mijn probleem nog eens uit. Ook zij komen met dezelfde crème maar dan in een grotere tube. Als ik aangeef dat die crème weinig doet komt ze met een roller die verkoelend zou moeten werken. Hup maar 35 Euro voor het goede doel. Rustig wandel ik door langs de prachtige Ourthe met af en toe een verdwaald spotje regen. Hoge heuvels aan de ene kant en de Ourthe aan de andere kant. Langs een camping met erg veel caravans die in Nederland nog niet als indrinkkeet gebruikt zouden worden. Sommige worden letterlijk met plakband bij elkaar gehouden. Sommige zijn volgestouwd met kratten en dozen. Ik denk dat een rattenplaag hier niet denkbeeldig is. Een klein plaatsje voor Esneux geeft problemen in het zoeken van de juiste weg. Google geeft een weg aan die een doorsteek maakt naar de wat grotere weg maar ondanks dat het een hele klim is, loopt het dood. Ik geraak maar niet op de goede weg en besluit het alternatief te volgen dat Google aangeeft. Dat is weer een kwartier extra lopen maar ik zou ook het weten hoe het anders moet. Eindelijk is daar Esneux. En er bekruipt mij een naar voorgevoel: het ziet er nu niet uit als een plaatsje met allure, laat staan met hotels of restaurants. Ik kan wel janken. Achter de kerk, op een bankje probeer ik nog via het www meer duidelijkheid te krijgen over overnachtingsmogelijkheden maar een eventuele mogelijkheid ligt 5 km terug op de route. Ik probeer te bellen maar het waait zo hard dat ik niets kan horen. Ik loop maar een stukje en kom 2 dames tegen. Een daarvan blaft mij toe dat ik iets verderop moet zijn in een groot huis. Een beetje opgelucht dat er toch een kansje is loop ik naar het grote huis. Bij de accuille hangt een brief: alleen op maandag en zaterdag is er iemand aanwezig en dat je er honing kan kopen. De bel doet het dan ook nog eens niet. Ik weet niet eens wat voor een gebouw het is maar dan pak ik de bel van het gebouw ernaast en die klinkt luid en duidelijk. Meteen gaat de deur ook open en een man die pastoor zou kunnen zijn laat mij binnen. Hij leidt mij naar een soort werkkamer en biedt mij te drinken aan. Hij excuseert zich en neemt in een andere kamer duidelijk hoorbaar afscheid van zijn bezoek. Daarna nodigt hij mij mee naar een andere kamer waar hij mij een beker echte koffie aanbiedt. Hij haalt er wat paperassen bij en vertelt dat ik vannacht niet in de vicaris kan overnachten omdat hij niet thuis is. Hij moet nog veel een dingen doen. Maar hij gaat even de lijst langs bellen. Hij belt ook het adres dat ik wilde bellen maar wat niet lukte en waar ik eigenlijk op de bonnefooi naar toe wilde lopen, 5km terug. Alle adressen op de lijst gaan niet lukken. Hierop loopt de pastoor weg om op het Internet te gaan zoeken. Hij komt terug met de mededeling dat hij een echtpaar geeft gevonden dat mij zo komt ophalen. Zij zijn ervaren caminogangers. Nog geen 10 minuten later staat het echtpaar al in de hal. Ik ben zo blij dat ik een plek heb. We gaan eerst boodschappen doen en ik krijg het advies om voor morgen eten in te slaan want ik kom geen winkels tegen onderweg. Ook laat Guy alvast zien welk pad ik morgenvroeg moet nemen. Onderweg vertelt Beatrice dat ze al een aantal keren in Santiago zijn aangekomen. Ze hebben de camino's in gedeelten gelopen. Vanaf 13 juli zijn zij voor 2 weken hospitalieros in Saint Palais. Nu maar hopen dat ik daar tegen die tijd ook ben. Dan kunnen we elkaar nog treffen. Als ik zover kom met al mijn mankementen. Ze willen vanavond wel even naar madam Marie Paul bellen voor een plek voor morgenavond. Ik mag mee-eten ondanks dat hun zoon vandaag jarig is en daarom bij hen komt eten. Ik weet niet hoe ik mijn blijheid moet uitdrukken. Bij hen thuis krijg ik een koelelement om op mijn scheen te leggen en terwijl Beatrice het eten klaarmaakt schrijf in mijn verslagje in de stralende zon die gewoon een nieuwe bui ophaalt. Guy helpt mij op weg met een app met routekaarten. Ik heb heerlijk gegeten en vind het gezellig aan tafel. Na het eten mag ik een film zien die Guy heeft gemaakt van alle foto's van die zij tijdens de camino's hebben gemaakt. Ik krijg van Beatrice hun visitekaartje en de vraag of ik iets in hun pelgrims boek wil schrijven en ga dan naar bed. Het is de hoogste tijd. Morgenvroeg maar even het boek schrijven ben nu te moe.