31 mei 2017 - Reisverslag uit Belorado, Spanje van helma onderweg - WaarBenJij.nu 31 mei 2017 - Reisverslag uit Belorado, Spanje van helma onderweg - WaarBenJij.nu

31 mei 2017

Blijf op de hoogte en volg helma

31 Mei 2017 | Spanje, Belorado

31 mei 2017. Van Santo Domingo de la Calzada naar Belorado. Redelijk geslapen, het matras heeft echt wel zijn beste tijd gehad. Mijn heupen zijn helemaal beurs.
De amerikaanse dames staan om 6.00 uur op. De brazilianen zijn al eerder weggegaan. Wanneer er wat ruimte is, sta ik ook op. Eerst maar een bakkie in de binnentuin. De boel pakken, laatste blaar afplakken en op slippers naar beneden waar we de schoenen op moesten slaan. Dit is vaak in albergues, dat je de schoenen en wandelstokken beneden moet laten. In sommige gevallen is dat erg prettig gezien de geur die uit dat opslaghok komt. Iets na 7.00 uur ben ik op pad. We moeten over een rivier maar deze staat kurkdroog.
In Granon het ontbijtje. Het is er druk op het terras. Helaas alleen een bakkie koffie want alle gerechtjes die er zijn, zijn warm of met ei.
4 km verderop ligt Redecilia del Camino. Daar is ook van alles te krijgen. Maar dat valt erg tegen. De supermarkt gaat pas om 10.00 uur open en voor de rest eigenlijk niks. Dan zie ik ineens een man uit een straat komen lopen met 2 flinke stokbroden. Ik vraag waar hij die gehaald heeft en wijst mij op een schuurtje.
Ik ga er naar binnen en een oude vrouw staat er tussen de broden en rekken met van alles veel en lekker. Met een hele grote criussant en een nog groter chocobroodje ga ik de deur weer uit. Ik vraag nog of ik vrouwtje op de foto mag zetten maar ik mag alles fotograferen maar zij wil er niet bij op.
Het brood eet ik op de vuist. We lopen langs velden met witte klaprozen, wat zouden ze daar nu van maken? Voor de rest is het heuveltje op en af en alleen maar graan, graan en nog eens graan. Prachtig zijn de bermen langs de graanvelden, alles wat ik vroeger als kind zag zie ik hier. Eigenlijk zie je dat in Nederland veel te weinig. Voortdurend lopen we langs de grote weg en dat vind ik heel vervelend, voortdurend dat fejank van vrachtwagens. Ze rijden als gekken door de kleine dorpjes want er zijn nog maar weinig dorpjes die een rondweg hebben.
In Villamayor del Rio staan verwijzingen naar een bar. Ik volg ze en moet daarvoor de weg oversteken. Ik kan me voorstellen dat dit geregeld fout gaat. De bar is een sjieke tent. Een grote baas staat achter een counter met van alle lekkers maar het kan me niet bekoren. Ik ga voor iets dat op een tosti met kaas lijkt. Met een kop koffie en een glas jus ben ik meer dan 10 euro kwijt. De man blaft het me bijna toe. Hij wil zeker de sjiekere zakenlui dan van die armoedzaaiers van pelgrims. Als ik terug ben op het terras blijkt hij het brood opgewarmd te hebben in de magnetron en er een flinke kik tomatenketchup op fedaan te hebben. Jammer. Er komen meer wandelaars het terras op. Ook een amerikaans stel. De jongen ziet er wat sjabby uit. Hij is ook maar heel kort binnen en zegt tegen zijn vriendin: "ik geloof niet dat de eigenaar van oelgrims houdt". Het meisje gaat het eens proberen en geeft meer succes.
Daarna is het nog 5 km lopen. Ik heb nog niet echt naar een slaapplaats gekeken in de miam dodo. Er zijn er in ieder geval voldoende. Een boer die een heel perceel peulen verbouwd is aan het sproeien. De sproeiers raken ook het pad waarop ik loop. Lekker hoor zo in de warmte. Een stukje verder komt een bestelauto het pad op. Het stuift enorm. Hij houdt stil als hij bij mij is en geeft mij een flesje water waar een etiket op zit van ern albergue in Belorado. Daar kan ik dus altijd nog naar toe. Als ik Belorado binnenloop stikt het van de albergue reclames. De eerste is een hele grote en geeft een zwembad. Die heeft een goede plek op de route. Masr ik geb feen zin in een grote drukke herberg. Ookal heeft die een zwembad. Ik loop wat door en sta plots bij de kerk waar ook een albergue is maar dan heel klein en op basis van donativo. 2 vrijwilligers uit Zwitserland runnen er nu de boel. Het is vandaag hun laatste dag. Ze wil dat ik mijn stokken van mijn rugzak haal maar die zitten er nu juist zo mooi op en zijn er nog noout afgeweest omdat ik ze niet gebruik bij het lopen. ik gebruik ze wel om dingen aan op te hangen. Ze pruttelt nog wat maar stemt dan toch toe. Er is een redelijk grote keuken waar je een maaltijd klaar kan maken alleen zijn de toiletten en douches op de begane grond en de slaspplaatsen boven. Elke slaapzaal heeft 4 stapelbedden en de ruimte om er tussen te bewegen is erg klein. Ik kan nog een onderbed kiezen gelukkig. Later komt er een koreaans meisje boven me slapen.
Na douche en wasje ga ik het dorp naar eens in. De alberque zit vast aan de kerk en op de toren van de kerk hebben ooievaars 4 nesten. Telkens vliegt er 1 ooievaar van het nest en als tie terugkomt begint de ander van blijdschap te klepperen. Prachtig om te zien. De kerk is mooi. Vanavond is er een mulis en daarna de pelgrimszegen.
De kerk is tegen een grot gebouwd en de oude grotwoningen zijn nog duidelijk zichtbaar. Ook zijn er 2 nonnen uit Kenia. Zij kinen afscheid nemen van get vrijwilligers echtpaar dat morgen baar huis gaat. Er is ook een pastoor bij.
Eigenlijk nog een jong iemand. Maar of er nu een kloosterorde bij hoort weet ik eigenlijk niet.
Ik kies een plekje op een terras aan het grote centrale plein. Daar is ook een jerk maar gesloten. Ik geniet van een heerlijke tomatensalade met schapenkaas. Mannen lopen in en uit het restaurant luid roepend naar elkaar. Blijkbaar is dit een dagelijks loopje.
Ik schrijf wat aan verslagen. Uit het niets wordt mij de rekening onder de neus geschoven. Raar.
Ik maak nog een rondje dorp maar er is weinig te beleven. Eigenlijk is het meer een bouwval. Veel huizen zijn vervangen door een modernere versie waardoor het een allegaartje is geworden.
Terug naar de albergue waar ik lekker i de schaduw kan zitten om naar de ooievaars te kijken. Het blijft een mooi gezicht. De albergue is vol. Een pelgrim die 2 rugzakken draagt loopt boos weg en zegt dat de vrijwilligers een leven moeten zoeken. Tttsss.
Om 17.00 uur gaan de winkels weer open. Ik heb geen zin in gedoe dus wat stokbrood, tomaatjes, kaas en drinkyoghurt. Maar eerst naar de mis. De vrijwilligers gaan ook mee. De kerk wordt hoofdzakelijk bevolkt door oudere dames die allemaal bij elkaar in een bank kruipen. 1 vrouw zit helemaal voorin en bid de rozenkrans voor. Daarna beginnen de dames uit het niets te zingen. Prachtig. De pastoor loopt wat heen en weer door de kerk en vraagt een pegrim om hem te assisteren.
Wanneer de mis begint blijkt de pastoor ook prachtig te kunnen zingen. Voorbeden worden door de oudere vrouw van de rozenkrans, ook gezongen. Dat je nog zo'n stem kan hebben. Ik schat haar toch al wel dik in de 80. Samen met de pastoor zingen de dames de hele mis. Soms zelfs meerstemmig. Ik vind het wel wat. Wat me opvalt is dat alle dames er zo.mooi en netjes uitzien. Alsof het zondag is.
Aan het eind van de mis b3dqnkt de pastoor de vrijwilligers uit Zwitserlanden heet hun vervangers welkom. Hij nodigt alle pelgrims uit om naar de zij kapel te komen. We zijn met een man of 20. Terwijl we daarheen lopen worden we met gezang begeleid door de oudere dames, ik vond dat wel heel speciaal.
De pastoor vraagt aan iedereen waar ze vandaan komen: Nederland dus, Frankrijk, Duitsland, Spanje, Polen en Amerika. Voir elk land heeft hij de teksten op een apart papier. Elkland leest zijn eigen tekst voor, ik dus die uit Nederland. Daarna de vraag of elk land zijn pelgrimslied heeft. De meesten komen met het Ultreia-lied. Dat zingt een ieder in zijn eigen taal. De pastoor zegt iets over mij waar iedereen erg om moet lachen. Ik heb geen flauw idee waarom. Daarna worden we gezegend en is er een foto-moment.
Wanneer we in de herberg terug zijn vraagt iemand of ik begreep waarom iedereen zo om mij moest lachen. Nee dus. De pastoor had gezegd dat ik pas mee mocht zingen als ik was gestopt met roken. De kerk sluit dus ook rokers uit.
Als we aan het eten zijn komt de pastoor ook binnen. Hij eet met de vrijwiligers mee. Hij zegt weer wat tegen mij maar ik begrijp hem niet. Hij biedt mij een glas wijn aan. Ik sla het af omdat ik wil gaan roken. Het voorval was vrolijker dan dat ik het nu op zit te tikken. Kortom we konden er flink om lachen. Ik geniet nog even van het mooie plein voor de kerk en de ooievaars er boven op. Ja ik ben blij met dit plekje.

Reageer op dit reisverslag

Je kunt nu ook Smileys gebruiken. Via de toolbar, toetsenbord of door eerst : te typen en dan een woord bijvoorbeeld :smiley

helma

Actief sinds 24 Maart 2014
Verslag gelezen: 230
Totaal aantal bezoekers 199729

Voorgaande reizen:

15 April 2014 - 15 September 2014

de weg naar Santiago de Compostela

Landen bezocht: