dag 89: van Nasbinals naar Saint-Come-d'Olt - Reisverslag uit Saint-Côme-d'Olt, Frankrijk van helma onderweg - WaarBenJij.nu dag 89: van Nasbinals naar Saint-Come-d'Olt - Reisverslag uit Saint-Côme-d'Olt, Frankrijk van helma onderweg - WaarBenJij.nu

dag 89: van Nasbinals naar Saint-Come-d'Olt

Door: helma

Blijf op de hoogte en volg helma

12 Juli 2014 | Frankrijk, Saint-Côme-d'Olt

Zaterdag 12 juli: van Nasbinals naar Saint-Come-d'Olt.
Lekker geslapen ik snap alleen niet waar die 4 meiden zijn gebleven, ze zijn in iedereen niet aangekomen in de gite.
Om 21.00 uur ben ik al in diepe slaap als de 2 kamergenotes naar bed gaan. En dan bedenk ik me dat zij dus in die gite aan die overkant van die straat slapen. Ik slaap gewoon in die verkeerde gite. Ik hoop dat ze zich geen zorgen maken. Om 6.00 uur ben ik wel wakker. Die plastic matrashoezen liggen toch niet lekker. Ze zijn hier als die dood voor punaises de lits. Het schijnt ook een drama te zijn als je er mee te maken krijgt.
1 meisje is al op en ik sleep mijn spullen ook maar naar de eetzaal, dan kan ik net zoveel lawaai maken als ik wil. Het eerste meisje vertrekt om kwart voor 7 en ik een half uur daarna. De zon schijnt zowaar een beetje maar de wind is erg koud. Ik stap lekker door. Eerst een mooi bos heuvel op en daarna tussen koeien door, heuvel op en heuvel af. Sommige stukken zijn erg drassig en ik moet echt een stuk zoeken dat ik over het beekje kan. Ineens zie ik een schaduw achter me bewegen en ik schrik me lam. Denk dat een of andere koe achter me aanzit maar het blijkt een jogger te zijn. En ik maar denken dat je hier ver van die bewoonde wereld af zit want je ziet nergens huizen. Na de weilanden in de heuvels met deze stenen muurtjes sta ik ineens in het departement Aveyron. Het departement van de camping. Aubrac is het eerste dorpje. Ze hebben daar iets met koeienmelkers. Een groot houten beeld siert het dorpsplein. De komische soldaat op het oorlogsmonument steekt er maar schril bij af. In de routebeschrijving staat dat men hoopt dat je na Aubrac van de prachtige vergezichten kan genieten. Helaas, ik loop regelrecht de mist in. Maar gelukkig niet voor lang. Ik daal af en de wolken blijven hangen waar ze hingen. We dalen flink en ik vind het heerlijk dat alleen te doen. Heerlijk in mijn eigen tempo, niemand waar ik rekening mee moet houden. Al snel ben ik in Saint Chely-d'Aubrac. Zo vaak langs gereden, nooit gestopt. Een kneuterig klein dorpje dat ook geheel op pelgrims en wandelaars is gericht. Ik doe mijn lunch onder het Mariabeeld in het kleine parkje dat iets hoger ligt dan de dorpsstraat. Meteen verzamelen de 5 dorpskatten zich rondom mij. Ze zien er magertjes uit. De open vuilnisbakken zijn uit het Franse straatbeeld verdwenen en vervangen door grote containers op een centrale plek in het dorp of bij een paar huizen. Sindsdien blijft er voor de katten niet veel over blijkbaar. Als ik net mijn boterham op heb vallen er een paar sputters. Dus weer op pad met die cape in de aanslag. De route maakt een halve ronding door het dorp en komt uit bij de pelgrimsbrug. Daar zitten 2 meiden die ik eerder ontmoette te lunchen. Aan het water in hun korte broek. En ik heb het gewoon koud. Deze lucht is dreigend en na een kort praatje loop ik weer verder. Maar ik ben nog geen 20 meter verder of het komt gelijk met bakken uit de lucht. Ik ren terug naar de brug waar ook een overdekt watertappunt is. De 2 meiden slepen snel hun spullen ook onderdak en daar staan we dan te wachten. Om kwart voor 1 vind ik het welletjes, het is toch al bijna droog. Dus met cape de steile hellingen op. Maar niet voor lang want het dalen begint. Prachtige weggetjes vol losse stenen, behoorlijk steil naar beneden. Dat is leuk voor even maar 4 uur lang alleen maar dalen op deze ondergrond maakt dat je voeten gaan branden. En er lijkt geen eind aan te komen; telkens weer een haarspeldbocht als ik denk dat ik er bijna ben. Er komt geen eind aan en het valt niet mee om na een ochtend zwoegen door weilanden en modderpoelen ook nog 4 uur op dergelijke paden te banjeren. Het doet gewoon zeer aan de voeten omdat je door de losse stenen geen stevige stap kan zetten naar blijft wiebelen en dat geeft wrijving in de schoen, denk ik. Ondanks dat ik een paar keer pauze hou komt niemand die ik in de ochtend zag mij achterop. Misschien hebben ze de route aangepast want bij een van de meiden waren veel blaren. Wel komen anderen mij achterop, die hebben wrs later op de route geslapen en zijn nog vol goede moed. Bij een watertappunt komt een jongen mij achterop. Hij heeft het michelin-boekje maar dat geeft heel andere afstanden aan als mijn boekje. Die jongen is erg teleurgesteld als ik aangeef dat hij nog een uur moet lopen. Achteraf is ook wel te snappen dat ze deze route in 2 hebben geknipt. Aan de andere kant begin je dan je dag met deze enorm zware afdaling en als je daarna nog een halve dag moet doorlopen is dat ook geen pretje. Maar tegen 5 uur kom ik toch bij het klooster aan. Het is een prachtig gerenoveerd gebouw dat nu ook dienst doet als pelgrimsopvang, conferentieoord en volgens mij ook als gewoon hotel. Het complex ziet er prachtig uit. Een deel wordt nog bewoond door de zusters Ursulinnen. Een koreaans meisje brengt me naar de kamer. Er staan 2 bedden en is verder kaal.
Ik kan er nog een pelgrim bij krijgen in de loop van de avond. Snel douchen en de was en lekker genieten van de zon die er nog steeds is en de heerlijke omgeving. In de tuin begin ik alvast aan het verslag. Terwijl de kerktoren in het dorp een poging doet om een liedje ten gehore te brengen. Ik denk dat het geld voor de renovatie van die dorpskerktoren op was nadat het klooster flink onderhanden was genomen.
Om half 7 is er een vesper in die kloosterkapel. De kapel is prachtig, vooral die blauwe glas in lood ramen in het priesterkoor. Er zijn zo'n 15 oudere vrouwen van wie ik vermoed dat ze non zijn. Een van hen draagt nog een nonnenkleed, de overigen gewone burgerkleding. Ze zijn allemaal erg bejaard en slecht ter been. Ze zijn van de orde van de Ursulinen. In het schip van die kerk staan die banken overdwars. Tijdens de vesper zitten denk ik zusters die voorzingen rechts en die overige zusters links. Maar jeetje wat kunnen die oude dametjes mooi zingen, kippenvel. De hoofdnon (denk ik) zorgt dat iedereen die de kapel binnenkomt een dik boek in handen krijgt waar alles instaat. Gelukkig roept ze luid en duidelijk, dus langzaam, de nummers van de bladzijden zodat ik het ook kan volgen. Mijn Frans gaat echt met sprongen vooruit.
Om half 8 is er een gezamenlijke maaltijd voor alle wandelaars. Ik denk dat er zo'n 50 personen aan tafel zitten. Allemaal clubjes die samen op op wandeltocht zijn. Ik kan geen "pelgrim" ontdekken. De maaltijd is erg eenvoudig maar vooral smakeloos. Maar het is een maaltijd. Na de maaltijd vertelt de hoofdnon de bijzonderheden voor de wandelaars voor morgen. Er wordt veel onweer voorspelt, vertelt ze en ze attendeert iedereen om goed op die route te letten omdat 2 verschillende routes elkaar in het dorp passeren. Ze nodigt iedereen uit om na de maaltijd naar de filmzaal te komen als je meer wilt weten over het ontstaan van het klooster en de orde. Ik zou graag willen maar ben zo moe dat ik om kwart over 8 al in bed lig en eigenlijk meteen in slaap val.

  • 14 Juli 2014 - 08:27

    Linda:

    Ha zus,

    Nog even dan kom je op de camping aan.
    Dat heb je dan toch knap gedaan hoor!!!
    Ik wens je daar ook een mooie tijd.
    Ben benieuwd hoe dat gaat, na al die dagen de nodige km. afgelegd te hebben.
    We horen het wel.
    Wat zal Guy opkijken!!!
    Doe hem in ieder geval de hartelijke groeten van ons.
    (Wij waren er toen hij 50 werd).

Reageer op dit reisverslag

Je kunt nu ook Smileys gebruiken. Via de toolbar, toetsenbord of door eerst : te typen en dan een woord bijvoorbeeld :smiley

helma

Actief sinds 24 Maart 2014
Verslag gelezen: 411
Totaal aantal bezoekers 200320

Voorgaande reizen:

15 April 2014 - 15 September 2014

de weg naar Santiago de Compostela

Landen bezocht: