23 mei 2017
Blijf op de hoogte en volg helma
23 Mei 2017 | Spanje, Cizur Mayor
Vlak voor de brug zie ik het gemeente bord met de naam: Arre, officieel Trinidad de Arre of in het baskisch: Villava/ Atarrabia.
Die dubbele taal maakt het wel moeilijk om nu spaans te leren. Straks zal het baskisch wel minder worden en blijft het spaans over. Onder de toegangsbrug een prachtige waterval en aan het eind van de brug loop je onder een huis door dat ook een kerk is en een herberg. In het portaal kan je zelf stempelen. Tevens wordt er een donatie gevraagd voor ee opvang van pelgrims. De kerk is open en hij is prachtig. Het hele gebouw is erg mooi. Er is weinig te doen in Arre. Wat barretjes hebben biertonnen buiten staan waaraan mannen hun ochtend koffie drinken uit piepkleine kopjes. Het is een langerekt stadje dat eigenlijk bijna geruisloos overgaat in de stad Pamplona. Vlak voor Pamplona zien Wang (die weer is aangesloten) en ik een huis dat beplakt is met schelpen. Onze conclusie: de camino maakt je gek. Maar het is wel creabea om te zien. We zien de torens van de grote Magdalena kathedraal, daar willen we naar toe. We worden via het enorme bastion de stad ingeleid en komen makkelijk in het centrum. Het is er druk, de straatjes zijn smal en erg hoog. In sommigen komt amper daglicht. Worden hier nu die stierengevechten gehouden?
Eerst maar eens naar de kathedraal. 3 euro intree maar dan zie je ook wat. Vooral hoe rijk de katholieke kerk eigenlijk is met al het bladgoud, ketkschatten en zilver. Het is ook indrukwekkend. Opvallend is hoeveel hooggeplaatste figuren hun graf in de kerk gevonden hebben. Het is een en al pracht en praal. De kloostertuin wordt gerenoveerd en staat flink in de steigers dat is dan wel weer jammer. Er is een museum aan vastgeknoopt waar ze laten zien hoe de opgravingen verlopen. Een aantal geraamtes liggen op een rijtje in het zand. Na een uurtje hebben we het wel gezien en zoeken we een barretje. De meest heerlijke dingen staan in de vitrine. En ik keer weer wat: een sandwich is hier een tostie en een bocadillo is een uutgebreide sandwich. Het wordt steeds warmer en mijn schouders gaan zeer doen van de rugzak. Ik ben denk ik een paar ons afgevallen want mijn sleutelbenen zijn hun speklaag kwijt. Voorheen gebruikte ik hiervoor mijn dierbare groene handdoekje maar helaas die ligt waarschijnlijk ergens in een wijngaard. Ik moet een wat dikkere sjaal hebben en zonnebrandcreme. Wang helpt mee zoeken en zowaar in een leuk winkeltje hebben ze een hele mooie paarse sjaal uit India. Het teken sat er op staat zou geluk moeten brengen. Ik ben er helemaal blij mee. Iets verderop is een supermarkt voor de zonnebrand en ik ben weer hekemaak blij. Nu nog een bank vinden voor de zekerheid en dan kan mijn dag niet meer stuk. En dat lukt ook nog.
Ik had feprobeerd een gite te reserveren maar er is niet teruggemaild. Eerst wil ik nog gaan bellen maar we zijn zo vroeg dat ik de gok wel wil wagen om op de bonnefooi te gaan. Wang gaat mee. En ja hoor we kunnen in de gite. We hebben nog keus uit de bunkbedden. Een oudere vrouw (80?) Beheert de gite. Het is een stevige tante die prima engels spreekt en de wind er goed onder heeft. Ze vertelt dat een deel van de tuin prive is omdat er familieleden begraven liggen. Ik zie inderdaad 2 grafstenen staan. Ze begeleid ons naar de slaapzalen en dat zijn er nogal wat. Het is een heel complex. Een gedeelte wat eerst een stal leek wordt verbouwd. Misschien worden dat iok wel slaapruimtes. Ze zegt dat als je voor 15-16 uur ergens komt er eigenlijk altijd wel slaapplek is.
Ik ben nog steeds helemasl in mijn sas met mijn nwe sjaal die ook nog erg makkelijk is bij het douchen. De anerikaanse vrouw van gister is ook gearriveerd. Zij heeft ook zo een sjaal om als ze uit de douche komt. Ze wil dat de deur dicht gaat want ze wil zich omkleden. De deur is echter voor een groot deel van glas zonder gordijn. Ik weet niet waar ze op wacht maar ze zit stil op haar bed in haar sjaal. Ik zeg nig dat we allemaal meiden zijn en dat we elke morgen in de spiegel kijken en hetzelfde zien: uitgezakte lijven wat nooit meer goed komt. Het kan haar niet vermurwen. Ik weet niet hoelang ze nog op het bed heeft gezeten of hoe ze het heeft gedaan. Ze heeft zich om kunnen kleden. De gite stroomt vol en de eigenaresse rent zich een ongeluk. Ze moppert als iemand zijn was op het gras laat drogen want dat moet aan de waslijn. De zon heb je niet nodig want die verbrandt alle kleding, de wind zorgt dat alles droog wordt, vertelt ze vele malen maar sommigen hebben daar gewoon lak aan. Ik doe een rondje kerk maar deze is ook gesloten, er zijn maar weinig kerken open in Spanje. Een rondje dorp levert een winkel/bar op waar ik een brood wat drinken en kaas koop. Ik wil vanavond niet in een restaurant eten of zelf gaan kokkerellen in het veel te kleine keukentje en achteraf ben ik daar blij om. Een grote groep jonge amerikanen heeft zijn intrek genomen in de kantine en het kleine keukentje. Daar zouden in principe 50 gasten moeten kunnen koken. Dat kan dus nooit. Als ontbijt kan je een zakje uit een automaat kopen. Alles kan je uit een automaat kopen en dat maakt het allemaal weer duur. Het slapen kost maar 10 euro. Slapen in een dortoir met 11 slaapplekken.
De amerikanen houden diepzinnige gesprekken over het geloof met de bijbel bij de hand. Een gitaar met reli-liedjes ontbreekt alleen nog. Dat is niet erg maar dat iedereen mee moet enieten wordt door weinig mensen op prijs gesteld.
Ik nestel me lekker in de schaduw en schrijf mijn verslagen. Ik had me voorgenomen om naar de kerk te gaan om 19.00 uur maar ik heb er geen puf voor.
Boven mij is een vrouw uit korea, japan, taiwan of zo iets komen slapen. Ik weet niet wat ze fedaan heeft maar er ligt een grote plas nattigheid bij ons bed. Als ik haar daar op wijs zegt ze alleen maar "oke". Het is helemaal niet oke maar ze spreekt geen engels of anderszins dus zeul ik met de dweilemmer om de boel droog te krijgen. Het is er spekglad.
De ameikaanse nodigt me uit mee te gaan naar een restaurant maar ik heb geen zin. Ik eet mijn broodje met schapenkaas en lees wat me morgen te wachten staat: een hele steile berg, hoewel het routeboekje zichzelf tegen spreekt. We zullen het zien. Een duitse vrouw gaat bij mij aan het tafeltje zitten. Ze woont in heel erg noord-duitsland. Het weer daar vindt ze maar niks. Ze is meer van de warmte. Ze schrijft kinderboeken over een schaap. Voorheen is ze ambulant hulpverlener geweest in de psychiatrie. Dat er niet gerookt mag worden waar patienten bij zijn, vindt ze vreemd. Zij is van mening dat je op het nivo van de patient moet insteken. Zit wat in denk ik.
Om half 9 vind ik het welletjes en ik ben niet de enige. Alleen de tuin is nog dik bevolkt met luidroepende amerikanen en spanjaarden die naar huis bellen, vlak voor onze deur. Het zal nog wel even duren voordat het stil is. Wel te rusten!
Reageer op dit reisverslag
Je kunt nu ook Smileys gebruiken. Via de toolbar, toetsenbord of door eerst : te typen en dan een woord bijvoorbeeld :smiley